cookieChoices = {}; Deventer Natuur: april 2018

zondag 8 april 2018

Nog meer witte bloemetjes

Vorig jaar is op deze blog al eens geschreven over die kleine witte bloemetjes die nu (in het vroege voorjaar) overal te vinden zijn. Waar het toen vooral ging over de algemene soorten als Vroegeling (Erophila verna) en Kleine veldkers (Cardamine hirsuta) gaat deze blog over een soort die niet tot de kruisbloemen behoort, maar tot de steenbreekfamilie (Saxifragaceae), en veel minder algemeen is.
Kandelaartjes (Saxifraga tridactylites)
De steenbreekfamilie wordt over het algemeen geassocieerd met soorten die op stenige plaatsen voorkomen en, zoals de naam al zegt, 'stenen breken'. De soorten binnen deze familie zijn ware specialisten die in spleten en scheuren van gesteenten groeien en kunnen soms behoorlijke afmetingen krijgen.
Kandelaartje is de prozaïsche nederlandse naam van de 'drievingerige steenbreek' (naar de 3 lobben van de blaadjes). Kandelaartje komt voor op neutrale tot kalkrijke zandige tot stenige grond en dus aan de kust en in de duinen waar het veelvuldig te vinden is. Echter ook op rivierduinen en dan met name langs de IJssel. Omdat de mens er altijd van houd om lekker te rommelen (wegen aanleggen met zand van .... ) en overal stenen neer te leggen is het ook, als aan de voorwaarde van kalk wordt voldaan, in bijvoorbeeld de binnenstad te vinden. Op o.a. de blog stadsplanten.nl is te lezen dat de soort mogelijk van Ameland afkomstig is. Kandelaartje heeft een kandelaar achtige bloeiwijze, dus heel gek is de naam niet.
In Deventer is het o.a. massaal te vinden op het talud van de A1 tussen Deventer en Deventer-Oost (wel de zonnig kant bekijken). Daar staat het met 10-duizenden over een aantal kilometer, echter tussen die andere witte bloempjes, inclusief Deens lepeblad, ofwel het valt niet op. Kandelaartje is nogal een laag blijvend plantje en meestal niet groter wordt dan 10 centimeter (het gemiddelde zal eerder in de buurt  van de 5 cm liggen).
Klierharen van Kandelaartje

Kandelaartje is geheel bedekt met klierharen (op de bloemblaadjes na) en valt vooral op door de rode kleur van blad en vooral de steel.

Op enkele plaatsen in de binnenstad is het ook te vinden, waaronder voor het gebouw van Aventus aan de Snipperlingsdijk en voor Makelaardijk Thomas aan de Kazernestraat. Verder is het te vinden op een bestraat heuveltje bij de Tango en op een industrieterrein aan de Teugseweg. Die laatste plaats is wel een vrij bijzondere plaats omdat Kandelaartje daar te vinden is tussen mos van het geslacht Tortula. In de duinstreek is deze combinatie een zeer gebruikelijke.


Gerrit Hendriksen


Zout aan de rand

"Zout aan de rand", "van de weg" moet er nog achteraan heeft diverse effecten op de natuur. Een zoektocht op internet geeft aan dat bomen kunnen verdrogen en diverse soorten het niet meer halen. Echter het heeft ook een zekere verrijking in de flora tot gevolg. Zonder zoutstrooien geen zogenaamde halofiele soorten in het binnenland. Uiteindelijk kan geen enkel organisme tegen teveel zout, en zijn er altijd beschermende maatregelen nodig om te voorkomen dat alle vocht uit het organisme wordt onttrokken. Echter als die maatregelen voldoende zijn, dan is het wel zo dat een soort een betere concurentiepositie ten opzichte van andere soorten heeft. Een van die soorten, elke nu volop bloeit in de wegbermen van wegen waar veelvuldig met zout wordt gestrooid is het Deens lepelblad, Cochlearia danica.
Deens lepelblad, Cochlearia danica
Kijk eens naar de randen van de wegen. Daar is een wit tapijt te vinden van lage wite bloempjes, meestal minder dan 10 cm. Tot aan de jaren 70, toen er nog geen sprake was van grootschalige gladheidsbestreiding, was Deens lepelblad alleen vindbaar aan de kust. Dat is zijn natuurlijk standplaats, kwelders, zeedijken en groene stranden.
Op verspreidingsatlas.nl is de toename van de verspreiding vanaf 1980 bijvoord beeld prachtig te illustreren door gebruik te maken van de datumverschuiver (timeslider) aan de linkerkant van het kaartje (het oranjelijntje). Daar zie je dat vanaf 1979 de verspreiding van Deens lepelblad, landinwaarts, is toegenomen.

Kijk er eens naar als u voor het verkeerslicht staat of met de fiets vlak langs een van de drukke wegen van Deventer fietst (Snippeling bijvoorbeeld). In de rand daar staan ze. Ze zijn nauwelijks te verwarren met andere soorten, hooguit met het veel zeldzamere Echt lepelblad of zijn ondersoort Engels lepelblad, deze komen echter niet in Deventer e.o. voor, maar zijn beperkt tot de kust en dan met name Noord-Holland.

Het aardige is dat deze soort net als veel andere soorten kruisbloemigen die in het voorjaar bloeien rijk is aan vitamine C. 

Deens lepelblad (Cochlearia danica)

Gerrit Hendriksen