zaterdag 20 juni 2020

Vlinders op de wolfsmelk

De natuur zit toch zo ontzettend mooi in elkaar. Dat hoef ik de meeste lezers niet te vertellen. Veel soorten hebben een zo innige relatie met elkaar dat je zelfs de soort kunt herkennen als je de waardplant kent. Op zich is dat niet vreemd, maar voor de volgende soort zijn er maar 2 andere mogelijkheden om twee soorten uit elkaar te houden en dat is via genitaalonderzoek en feromonen. Tja... dat eerste gaat mij persoonlijk gaat dat wat ver, dat tweede zou ik best eens leuk vinden om te doen, maar ja waar haal je feromonen vandaan. Maar de planten ken ik, dus dan ken ik ook de soort, maar dat wist ik pas toen ik ging lezen hoe het nu eigenlijk zit met die 2 soorten Wolfsmelkwespvlinders!! Eerste even Wespvlinders. Dat is een familie van nachtvlinders (de Sesiidae) die in onze contreien allemaal overdag actief zijn en niet heel vaak worden gezien. Deze leden van deze familie zijn endofagen, ofwel leven in een waardplant (planten in dit geval).

Het hele verhaal over deze wespvlinders en de 2 soorten. Tijdens één van de veldbezoeken van de KNNV Deventer zag ik een raar vlindertje op een bloem van een Zilverschoon. Ik zag direct dat het een wespvlinder was, want doorzichtige vleugels, maar dan? Er zijn er nogal wat namelijk, zie voor de in Nederland bekende soorten de site van waarneming.nl
Wolfsmelkwespvlinder (Chamaesphecia tenthrediniformis)

Boekje erbij, ja, moet een Wolfsmelkwespvlinder zijn. De hulp van waarneming.nl geeft aan Schijnwolfsmelkwespvlinder. Hé, wacht even. Die is superzeldzaam. Verder lezen, o.a. op de sites die als bron zijn meegegeven. Vooral de 'biomics' van projects.biodiversity.be is echt aan te raden. Zeer uitgebreid, ook over het gedrag wat ik een aantal dagen later heb kunnen observeren. De Wolfsmelkwespvlinder vliegt rustig van bloem naar bloem en laat zich rustig observeren. De schijn versie van deze vlinder is juist super onrustig en laat zich niet zo heel goed zien.

Hoe zit dat nu met de zekerheid van het antwoord zonder feromoononderzoek of genitaalonderzoek. 100% zekerheid is er niet natuurlijk. Echter de Schijnwolfsmelkwespvlinder heeft als waardplant Cipreswolfsmelk (Euphorbia cyparissias) en die komt in dat specifieke gebied niet of nauwelijks voor (dichtsbijzijnde bekende plaats is in de buurt van het pontje bij de Duursche waarden). Heksenmelk (Euphorbia esula) daarentegen staat er in overvloed en Wolfsmelkwespvlinders ook overigens. Verder is het inderdaad zo dat de vlinders rustig rondvliegen en goed te bekijken (en fotograferen) zijn. 
 
Wolfsmelkwespvlinder op Heksenmelk

Wolfsmelkwespvlinder op Heksenmelk

Kijk dus, als je Heksenmelk ziet ook eens of je deze bijzondere vlindertjes ziet, ze zijn ongeveer 1 cm groot, dus niet heel erg groot, maar wel opvallende verschijningen.

Bronnen: 

zondag 14 juni 2020

Rover in de tuin

Het 'leuke vliegen' project van EIS en waarneming.nl (zie o.a. deze pagina van EIS) heeft mij erg enthousiast gemaakt over van alles en nog wat met betrekking tot insecten. Ook al is het alweer 7 jaar geleden dat dit is geïnitieerd. Het is leuk om te zien dat het aantal waarnemingen van bepaalde soortgroepen daardoor omhoog is gegaan. Ook zijn er een aantal producten uitgekomen waaronder de Roofvliegenveldgids. Dit is echt een heel toegankelijke (digitale) gids om roofvliegen mee te determineren.

Roofvliegen zijn overal te vinden en vooral sinds dat leuke vliegen project worden ze ook overal gemeld. Een aantal soorten zijn gebonden aan bijzondere habitats en dus zeer zeldzaam. Anderen hebben bosranden nodig en kunnen ook zomaar in de tuin zitten. Zoals de Bosrandroofvlieg (Neoitamus cyanurus). Dit is een kleine roofvlieg die te vinden is in loofbos, tuinen en struikgewas op een droge tot iets vochtige bodem. Tja, dit type habitat is veel voorkomend in Nederland.
Bosrandroofvlieg

Veel van de roofvliegen zijn in het gras te vinden waar ze op de uitkijk zitten naar prooi. Roofvliegen vangen hun prooi altijd in de lucht, vaak na een korte achtervolging. Prooien kunnen bestaat uit soorten die groter zijn dan zijzelf, maar wel altijd insecten. 

In bovenstaande geval was ikzelf de uitkijkpost. Dat gaf mij de gelegenheid om de soort van alle kanten te fotograferen. 
Bovenaanzicht Bosrandroofvlieg

Roofvliegen zijn te herkennen aan een combinatie van een aantal eigenschappen:
  • aanwezigheid van een baard (zie ook de bovenste foto met een witte haarpluk direct onder de ogen)
  • een stevige zuigsnuit
  • de ogen raken elkaar nooit. Tussen de ogen is een knobbeltje met daarop 3 puntoogjes
  • er staan altijd borstels op de stevige poten.
Het is heel gaaf te zien hoe die roofvliegen zich in de tuin en het veld gedragen. Het zijn warmteminnende dieren, dus .... een mooie warme zomerse dag is het beste recept om eens goed te kijken wat er allemaal boven het gras gebeurd.