cookieChoices = {}; Deventer Natuur: Kleverige druppels

woensdag 11 maart 2020

Kleverige druppels

Detail Kleine zonnedauw (Drosera intermedia)

Het hebben van kleverige druppels is een eigenschap waarmee o.a. spinnen hun prooi vangen. Meerdere organismen hebben een tactiek om prooi te vangen met behulp van kleverige druppels. Van planten wordt dat niet direct verwacht. Maar wat als je als plant nu in een omgeving groeit waarbij je eigenlijk alleen zuur regenwater hebt en je hebt geen wortelknolletjes. Hoe kom je dan aan stikstof en andere sporenelementen en voedingstoffen? Dan eet je toch gewoon insecten! Er is een groep planten, verdeeld over meerdere families en geslachten die dat kunnen. Ieder op zijn eigen manier overigens. Drosera's doen dat op een passieve manier door insecten te vangen met kleverige druppels. Op onderstaande foto zijn duidelijk insecten zichtbaar.
Habitus van Kleine zonnedauw (Drosera intermedia)

Het gaat in Nederland voornamelijk om insecten omdat de planten van het geslacht Drosera nogal klein zijn. Echter grotere soorten van bijvoorbeeld dit geslacht die op een iets andere manier hun 'prooien' vangen zijn groter en kunnen volgens de verhalen kikkers en muizen 'opeten', zoek maar eens op internet.

Nederland heeft 3 soorten in dit geslacht, waarvan rondom Deventer de Kleine zonnedauw eigenlijk niet ongewoon is om te vinden. Vaak in pioiniersituaties en al heel snel eigenlijk nadat een pioniermilieu is ontstaan. In de regio Deventer vaak op gronden die niet in verbinding staan met een wetering of iets dergelijks. Niet in verbinding is van belang omdat met oppervlakte water te veel voedingstoffen worden aangevoerd en dan kan deze soort niet op tegen de concurrerende grassen en andere kruiden.

Hoe zit dat nu eigenlijk met die druppeltjes. Die druppels bestaan uit vloeistof waarin 'prooi' als het ware verteerd wordt. De druppels bevatten enzymen (o.a. protease en fosfatase) waarvan de concentratie toeneemt als een 'prooi' is gevangen waarbij de maximale concentratie rond dag 4 wordt bereikt.
Heeft het nu een voordeel als er voldoende prooi te vangen is. Jazeker, Darwin heeft rond 1875 veel experimenten uitgevoerd en heeft 285 pagina's gebruikt om dat te beschrijven. Zo beschrijft hij dat planten meer bloemen hebben, er beter uitzagen en meer zaad produceerden naarmate er meer insecten waren gevangen. Dit is later bevestigd door onderzoekers die vonden dat 40% van de aminozuren in de wortels afkomstig zijn van insecten. Deze insecten waren gevoerd met gelabeld stikstof en gevoerd aan de planten (bron https://botany.org/Carnivorous_Plants/Drosera.php, gelezen op 11 maart 2020).

Kleine zonnedauw met een behoorlijk grote nachtvlinder, Vals witje in dit geval.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten